...

Het aangrijpende van dit boek valt niet te miskennen. De auteur beschrijft hoe de sociale uitsluiting van zijn schooltijd zich uiteindelijk vertaald heeft in een pathologische drang naar aandacht, waaraan ook dit boek allicht uiting geeft. Misschien wel pathologisch, noemt hij het zelf, als hij vertelt over een conflict met een schoolkameraad op wie hij drie dagen boos bleef omdat die wegens een kater te laat was gekomen op een afspraak.Eén en ander wordt aangegeven in het eerste deel van het boek, waarin Verhoeff via interviews en eigen belevenissen de psychische, lichamelijke en sociale weerslag van pesten beschrijft. Aansluitend daarop maakt de auteur in een tweede luik de klassieke zorgverlening met de grond gelijk. Assertiviteitstraining, sessies bij de psycholoog, met of zonder EMDR, en zowaar liefdestherapie: ze bleken allemaal even ondoeltreffend. Of liever, niet helemaal.In het derde deel van het boek gaat Rutger Verhoeff uit van getuigenissen van mensen die zich vrij gemakkelijk van de effecten van pesten hebben kunnen losmaken, om de ingrediënten van een doeltreffender behandeling te formuleren. Zo geeft hij aan dat artsen moeten worden getraind om de zichtbare effecten van pesten, zoals prikkelbaredarmsyndroom en eetstoornissen, beter te leren herkennen en vlotter de diagnose te stellen. Daarna kan men met de gepeste persoon aan de slag, via erkenning en duiding.Groepswerk met personen die hun probleem overwonnen hebben, hoort daarbij. Als men het slachtoffer zodoende uit zijn verkramptheid kan halen, zal hij opnieuw kunnen verbinden met anderen en daardoor zijn situatie relativeren. Voor Rutger Verhoeff zelf was het contact met patiënten tijdens zijn opleiding louterend. Hij wil niet gezegd hebben dat EMDR niet kan helpen, maar het moet onderdeel zijn van een bredere therapie. Hij miste bij zijn behandelaars een invalshoek die specifiek is voor pesten. Het is zijn ambitie aan de hand van de opgedane kennis een pestrevalidatiekliniek op te zetten.Een boeiend stel gegevens, globaal. Sommige passages lezen wat moeilijk, onder andere omdat er iets te scheutig gebruik wordt gemaakt van flashbacks. De lezer die een informatieve veeleer dan een literaire stijl verwachtte, moet even op het puntje van zijn stoel gaan zitten. Een extra struikelblok in de hoofdstukken met interviews is dat de ik-persoon afwisselend verwijst naar de geïnterviewde en naar de auteur. Het is daarom zaak goed op de aanhalingstekens te letten. Inzicht in een problematiek die de laatste tijd via de sociale media nog uitbreiding neemt, is die inspanning zeker waard.Rutger Verhoeff. Laat je niet verpesten. Amsterdam: Uitgeverij Prometheus. 264 pagina's. 17,99 euro.