...

Nauwelijks 8% van de vrouwen krijgt een behandeling voor lichamelijke symptomen en 3% voor urogenitale symptomen.Het Verenigd Koninkrijk telt momenteel bijna 10.000 hiv-positieve vrouwen van 45-55 jaar, wat vijfmaal meer is dan tien jaar geleden. Hoe worden de lichamelijke, psychologische en urogenitale symptomen van de menopauze bij die vrouwen behandeld? Mysterie. Om dat uit te pluizen, hebben vorsers van het University College of London de PRIME-studie op touw gezet, de eerste studie die de menopauze heeft onderzocht bij 869 hiv-positieve vrouwen. Ze hebben daarbij gebruik gemaakt van kwalitatieve en kwantitatieve evaluatiemethoden zoals een vragenlijst die in hiv-referentiecentra werd verspreid bij vrouwen van 45 tot 60 jaar, een peiling bij 88 huisartsen, grondige interviews van 20 vrouwen en tot slot drie verschillende discussiegroepen met telkens 25 vrouwen. Volgens de eerste resultaten van de studie vertoont 90% van de vrouwen lichamelijke symptomen bij de menopauze zoals warmteopwellingen, slaapstoornissen, hartkloppingen en diffuse gewrichtspijn. 68% heeft urogenitale symptomen zoals een droge vagina, pijn bij geslachtsgemeenschap, urinelozingsproblemen of herhaalde urineweginfecties en 78% tot slot vertoont psychische afwijkingen, hoofdzakelijk depressie, angst, prikkelbaarheid en chronische vermoeidheid. Slechts 8% van de vrouwen kreeg een hormonale substitutietherapie en 3% een behandeling voor de urogenitale problemen. De belangrijkste verklaring voor die therapeutische verwaarlozing is angst voor interacties met de antiretrovirale behandeling. Steungroepen, hiv-referentiecentra en in zijn algemeenheid alle artsen die hiv-positieve vrouwen van een zekere leeftijd behandelen, moeten dus een immense inspanning leveren om de symptomen van de menopauze te evalueren en om de therapeutische mogelijkheden met de patiënten te bespreken om hun levenskwaliteit te verbeteren.Ref.: Tariq S. et al. De details en de resultaten van de studie vindt u op de website www.ucl.ac.uk/prime-study.