...

Benjamin Denoiseux is artsspecialist in opleiding en specialiseert voor stomatologie. Hij is 28 jaar. "Ik ben al twee jaar lid van de Bvas. Het syndicaat heeft me ook gevraagd om in het bestuur te zetelen voor de aso's maar zonder stemrecht." Dokter Denoiseux was als geneeskundestudent actief binnen het Vlaams Geneeskundig Studenten overleg en engageert zich momenteel binnen de Vereniging van Artsen-Specialisten in Opleiding. "Je kunt passief wachten tot iemand anders problemen voor je oplost, of ze zelf aanpakken binnen een constructief overleg. Patiëntenzorg speelt zich niet enkel af op het microniveau, maar ook op het macroniveau van het management en de gezondheidszorg. Op die macroschaal spelen syndicaten nog steeds een belangrijke rol."Thomas Gevaert is anatomopatholoog in het AZ Klina en doet daarnaast onderzoek aan de KU Leuven. Hij is nu al bijna zes jaar actief als specialist en zetelde in de medische raad van het ziekenhuis. Zijn interesse voor het gezondheidszorgbeleid vloeit voort uit een opleiding ziekenhuismanagement. Door een collega kwam hij in contact met de syndicale werking van ASGB/Kartel. Naar de syndicale vertegenwoordiging gaat tegenwoordig de meeste interesse: hij neemt een aantal beperkte mandaten waar en heeft een plaats in de raad van bestuur. "De grote beleidsbeslissingen worden genomen op nationaal of op Vlaams niveau. De manier om daaraan deel te nemen is via het syndicaat. Op dat niveau kun je beslissingen proberen te sturen, zoals over financiering, nomenclatuur,..."Hoe kiest men voor een syndicaat?BD: Zo'n twee à drie jaar geleden kwam ik in contact met de Bvas. Ik werd getroffen door de gedrevenheid van de mensen die een drukke praktijk hebben uitgebouwd, maar daarnaast nog de energie hebben om zich te engageren voor de beroepsgroep. Ze hadden een grote dossierkennis en een duidelijke visie op een moderne gezondheidszorg. Bvas is het grootste syndicaat. Ze ondersteunden mij waar het nodig was. En die samenwerking beviel mij.TG: De jongere generatie denkt misschien wat genuanceerder over de ideologische tegenstellingen tussen de syndicaten, hoewel die wel bestaan. Toch maakte ik een duidelijke keuze voor ASGB/Kartel vooral omdat ik geloof in de holistische visie door de combinatie van specialisten en huisartsen. Ook de nadruk op toegankelijkheid en op overleg vind ik belangrijk.Hoe ziet u uw rol in de beroepsverdediging? Moeten startende artsen zich ook engageren?BD: Ik ben zeker van plan me te blijven engageren. Het beroep is in verandering. Ook de nieuwe generatie moet zich blijven verdedigen. Problemen los je niet op door je kop in het zand te steken. Maar artsen in opleiding zijn heel druk bezig. Je kunt hen niet verwijten dat ze zich te weinig zouden engageren. Toch moet iedere arts ook over het macroniveau nadenken. Hij moet zijn mening daarover kunnen geven en niet op de achtergrond blijven. Engagement kan eveneens door je mening te laten horen. De kracht van een vereniging wordt bepaald door de grootte en sterkte van de achterban.TG: Het probleem van syndicaten is bloedarmoede, jonge mensen zijn te weinig aanwezig. Velen onderschatten de invloed die men langs deze weg kan hebben. In de voorbereidende werkgroep voor netwerkvorming worden toch belangrijke zaken besproken. Artsen moeten daar aanwezig zijn, dat zou de kwaliteit van de zorg meer centraal zetten. Alles wordt ook steeds meer gespecialiseerd: je hebt in de discussies mensen nodig met een specifieke expertise en bagage. Er moet meer symbiose komen tussen de algemene syndicaten en de verschillende beroepsverenigingen. Zelf ben ik ook actief in de wetenschappelijke vereniging.Interesseert het jullie om aan het overlegmodel deel te nemen?BD: Dat overleg is complex en dynamisch - dat maakt het wel aantrekkelijk. Het is ook cruciaal om onze Belgische gezondheidszorg goed te houden. Maar voor het moment concentreer ik mij op de opleiding en het engagement dat ik al heb. De uitdaging om te proberen een goed arts te worden en een praktijk uit te bouwen is al groot genoeg. Ik wil wel betrokken blijven bij de belangenverdediging maar we zullen wel zien wat de toekomst brengt. Beslissingen in de gezondheidszorg zijn politiek gestuurd. Het moment dat het overleg stopt, zullen we erop achteruit gaan.En zien jullie het zitten om in de Nationale Commissie Artsen-Ziekenfondsen te zetelen?TG: Dat spreekt me wel aan maar ik zit daar niet op te azen. Ik hou van een gezond debat, van een inhoudelijke discussie die tot een gedragen standpunt leidt. Het zou ook beter zijn dat niet altijd dezelfde mensen in de verschillende vergaderingen zitten, dat die taken door meer mensen gedeeld worden. Ik betreur wel de ondervertegenwoordiging van vrouwen.PS: We contacteerden ook Jong Domus, maar zij wachtten liever het resultaat van de interne discussie af en konden ons daarom niet te woord staan.