Elke arts en verpleegkundige kent wel een klein arsenaal aan eenvoudige inspecties om de symptomen van uitdroging vast te stellen. Deze geven louter een kwalitatieve momentopname en zijn daardoor niet voorspellend: op het moment dat deze symptomen optreden, is het mogelijk al te laat.

Het gebrek aan accurate en longitudinale metingen is dan ook een van de belangrijkste oorzaken voor de hardnekkigheid van dehydratatie als medisch probleem. Lichaamsvocht meten is complex. We hebben er als mens heel veel van en het zit ook zowat overal (2/3 intracellulair, 1/3 extracellulair). Hoeveel water je exact in je lichaam moet hebben, is afhankelijk van je geslacht, leeftijd en gewicht. Moest er al een eenvoudige meting bestaan, moet je die dus ijken met deze persoonlijke informatie. Bovendien kan lichaamsvocht ook lokaal ophopen. Met een gemiddelde meting op basis van impedantie - zoals bij lichaamsvet - kom je dan ook geen stap verder.

Van gadget naar medisch hulpmiddel

Er zijn (of komen) toestelletjes op de markt die inzicht kunnen geven in het probleem. Sommige meten de zweetproductie en richten zich daarmee specifiek op sporters. Voor ouderen, die het meeste vocht verliezen via hun urine en ademhaling, zijn er andere kandidaat-oplossingen die via infrarood het vochtgehalte in het bloed meten.

Het probleem van dehydratatie is dan wel nog niet onder controle, de technologische trends komen op gang

Net zoals bij fitness-trackers heb ik als wetenschapper mijn bedenkingen bij de medische accuraatheid van dit soort toestelletjes. Maar het zijn stappen in de goede richting. Ook al zijn de absolute metingen uit dit soort toestellen mogelijk niet accuraat, ze kunnen in elk geval een stijgende of dalende trend aangeven en op basis daarvan een waarschuwingssignaal. Ook openen deze gadgets de markt en daarmee de budgetten om de technologie verder op punt te stellen. Ook bij imec doen we hier onderzoek naar. Onder meer naar het selectief meten van interstitieel en intracellulair vocht.

De gebruiker bepaalt

Maar uiteindelijk zal het niet alleen de technologie zijn die bepalend is, maar ook de use-case. Slimme armbandjes zijn erg handig en ook steeds meer gemeengoed. Nadeel is dat ze enkel op de pols kunnen meten. Elektronische pleisters zijn voor de gebruiker wat minder praktisch (en als wegwerpproduct mogelijk ook voor het milieu). Maar ze hebben ook veel voordelen. Je kan er gericht lokaal mee meten en ze zijn daarom ook inzetbaar voor andere aandoeningen dan dehydratatie. Denk aan het opvolgen van vochtophoping op de longen of in andere vitale organen.

Onderzoekers werken ook aan geavanceerde hyperspectrale cameratechnologie waarmee je op een niet-invasieve manier de samenstelling van weefsel kan analyseren. Voor medisch personeel zou dit soort technologie weleens binnen enkele jaren beschikbaar kunnen komen. En op langere termijn voor thuisgebruik.

Het probleem aan de bron aanpakken

De huidige gadgets die de zweetproductie of het vochtgehalte in het bloed meten, openen de markt en daarmee de budgetten om de technologie verder op punt te stellen

Maar laat ons het probleem bij de bron aanpakken. Zoals mijn grootmoeder zei: "Op tijd drinken." Ook dat is minder evident dan het lijkt, en niet in het minst voor grootmoeder zelf. Wie kan op elk moment van de dag nauwkeurig zeggen hoeveel hij al gedronken heeft? Voor kleine kinderen en ouderen komt daar nog bij dat drinken niet altijd een evidentie is. Ouderen hebben minder lichaamsvocht en ondervinden bovendien vaak drempels om zichzelf aan te zetten tot drinken. Een natuurlijke afname van het dorstgevoel, pijn bij het opstaan of wandelen naar de kraan of koelkast enz. Of ze hebben andere aandoeningen, zoals nierfalen, die een invloed hebben op hun vochthuishouding.

Tijdig drinken is voor bedrijven dan ook in toenemende mate een relevante markt. Zo brengt een Nederlandse start-up een slimme beker op de markt die via je smartphone aangeeft of je voldoende drinkt. Door geïntegreerde sensoren die het contact met je lippen meten, zorgt deze beker dat je hem niet op het verkeerde been kan zetten door bijvoorbeeld water uit te gieten.

Er zal nog veel water naar de zee vloeien voor we het probleem van dehydratatie onder controle hebben, maar de technologische trends zijn in elk geval op gang gebracht.

Elke arts en verpleegkundige kent wel een klein arsenaal aan eenvoudige inspecties om de symptomen van uitdroging vast te stellen. Deze geven louter een kwalitatieve momentopname en zijn daardoor niet voorspellend: op het moment dat deze symptomen optreden, is het mogelijk al te laat.Het gebrek aan accurate en longitudinale metingen is dan ook een van de belangrijkste oorzaken voor de hardnekkigheid van dehydratatie als medisch probleem. Lichaamsvocht meten is complex. We hebben er als mens heel veel van en het zit ook zowat overal (2/3 intracellulair, 1/3 extracellulair). Hoeveel water je exact in je lichaam moet hebben, is afhankelijk van je geslacht, leeftijd en gewicht. Moest er al een eenvoudige meting bestaan, moet je die dus ijken met deze persoonlijke informatie. Bovendien kan lichaamsvocht ook lokaal ophopen. Met een gemiddelde meting op basis van impedantie - zoals bij lichaamsvet - kom je dan ook geen stap verder.Van gadget naar medisch hulpmiddelEr zijn (of komen) toestelletjes op de markt die inzicht kunnen geven in het probleem. Sommige meten de zweetproductie en richten zich daarmee specifiek op sporters. Voor ouderen, die het meeste vocht verliezen via hun urine en ademhaling, zijn er andere kandidaat-oplossingen die via infrarood het vochtgehalte in het bloed meten. Net zoals bij fitness-trackers heb ik als wetenschapper mijn bedenkingen bij de medische accuraatheid van dit soort toestelletjes. Maar het zijn stappen in de goede richting. Ook al zijn de absolute metingen uit dit soort toestellen mogelijk niet accuraat, ze kunnen in elk geval een stijgende of dalende trend aangeven en op basis daarvan een waarschuwingssignaal. Ook openen deze gadgets de markt en daarmee de budgetten om de technologie verder op punt te stellen. Ook bij imec doen we hier onderzoek naar. Onder meer naar het selectief meten van interstitieel en intracellulair vocht.De gebruiker bepaaltMaar uiteindelijk zal het niet alleen de technologie zijn die bepalend is, maar ook de use-case. Slimme armbandjes zijn erg handig en ook steeds meer gemeengoed. Nadeel is dat ze enkel op de pols kunnen meten. Elektronische pleisters zijn voor de gebruiker wat minder praktisch (en als wegwerpproduct mogelijk ook voor het milieu). Maar ze hebben ook veel voordelen. Je kan er gericht lokaal mee meten en ze zijn daarom ook inzetbaar voor andere aandoeningen dan dehydratatie. Denk aan het opvolgen van vochtophoping op de longen of in andere vitale organen. Onderzoekers werken ook aan geavanceerde hyperspectrale cameratechnologie waarmee je op een niet-invasieve manier de samenstelling van weefsel kan analyseren. Voor medisch personeel zou dit soort technologie weleens binnen enkele jaren beschikbaar kunnen komen. En op langere termijn voor thuisgebruik.Het probleem aan de bron aanpakkenMaar laat ons het probleem bij de bron aanpakken. Zoals mijn grootmoeder zei: "Op tijd drinken." Ook dat is minder evident dan het lijkt, en niet in het minst voor grootmoeder zelf. Wie kan op elk moment van de dag nauwkeurig zeggen hoeveel hij al gedronken heeft? Voor kleine kinderen en ouderen komt daar nog bij dat drinken niet altijd een evidentie is. Ouderen hebben minder lichaamsvocht en ondervinden bovendien vaak drempels om zichzelf aan te zetten tot drinken. Een natuurlijke afname van het dorstgevoel, pijn bij het opstaan of wandelen naar de kraan of koelkast enz. Of ze hebben andere aandoeningen, zoals nierfalen, die een invloed hebben op hun vochthuishouding.Tijdig drinken is voor bedrijven dan ook in toenemende mate een relevante markt. Zo brengt een Nederlandse start-up een slimme beker op de markt die via je smartphone aangeeft of je voldoende drinkt. Door geïntegreerde sensoren die het contact met je lippen meten, zorgt deze beker dat je hem niet op het verkeerde been kan zetten door bijvoorbeeld water uit te gieten.Er zal nog veel water naar de zee vloeien voor we het probleem van dehydratatie onder controle hebben, maar de technologische trends zijn in elk geval op gang gebracht.