...

Dat vertelde Bvas-voorzitter Marc Moens aan de redactie na het Verzekeringscomité van afgelopen maandag. Daar lag het uitvoerings-KB voor van de wet op de laagvariabele zorg, die deze zomer in het Staatsblad verscheen. In de wet werden een 25-tal nieuwe nomenclatuurnummers ingeschreven die niet in het globaal prospectief bedrag zullen worden opgenomen. Ze kunnen, met andere woorden, nog apart worden gefactureerd. Het gaat bijvoorbeeld over nomenclatuurnummers voor kinderartsen voor het onderzoek of het toezicht van een pasgeborene in de functie N* of op een E-dienst, wanneer de moeder in de kraamkliniek verblijft. Ook het toezicht tijdens en de voorbereiding voor de overbrenging naar een dienst NIC zullen uitgesloten zijn, evenals het onderzoek door een pediater van een kind op de kraamafdeling. Belangrijk is ook dat het nomenclatuurnummer 599082 van het globale bedrag wordt uitgesloten: het consult van een 'bijgeroepen' specialist van een patiënt die in het ziekenhuis is opgenomen. Zo ook het onderzoek door een kinderarts van een patiënt op vraag van een andere ziekenhuisarts, het psychiatrisch onderzoek van een jongere patiënt, het medetoezicht door een psychiater, het mediatiegesprek, enkele andere liaisonpsychiatrische prestaties en prestaties voor liaisongeriatrie vallen buiten de laagvariabele zorg. Het heeft intensief lobbywerk gevraagd, verzekert dokter Moens. "Voor de kinderartsen is het gelukt doordat we onze krachten hebben verenigd met de beroepsvereniging", weet hij. "En we zijn er nog niet helemaal. We hebben nog een lijstje van nomenclatuurnummers dat we graag buiten de LVZ zouden houden. Het gaat dan nog om een bedrag van 191.000 euro alles tezamen. Dat lijkt misschien niet zoveel. Maar het kan toch ook niet dat een pediater op neonatologie een wisseltransfusie uit zijn eigen zak moet betalen." Er zijn nog een aantal andere aanpassingen aan het KB. Zo wordt expliciet aan de tekst toegevoegd dat de centrale inning kan gebeuren door een dienst ingesteld door de Medische Raad.Het Riziv berekent jaarlijks de prospectieve bedragen en deelt de verdeling mee aan het ziekenhuis. Het ziekenhuis kan het bedrag evenwel verdelen volgens de afspraken die het beheer maakte met de Medische Raad. "De rol van de Medische Raad is niet voldoende toegelicht in de wet op de LVZ, of in de ziekenhuiswet. Het zal moeilijk zijn de wetteksten nog op tijd aan te passen. Het Riziv heeft ons gevraagd een tekst voor een circulaire voor te stellen." De wet op de LVZ en het uitvoerings-KB dat nog de goedkeuring van de regering moet krijgen en worden gepubliceerd, worden van kracht op 1 januari 2019.