...

De opgelegde bijkomende besparingen in de gezondheidszorgsector leiden tot een groeinorm van amper 0,5%. Dat is onhaalbaar als men een antwoord wil bieden op de noden van de maatschappij, zo vinden de drie syndicaten. Het Planbureau raamt de reële groei op 2,2%. De eenzijdige, lineaire besparingen zullen leiden tot een afbraak van de zorg en hypothekeren noodzakelijke vernieuwingen in een veranderend zorglandschap. Zo treft men niet alleen de artsen maar ook de patiënten.De artsensyndicaten hebben in het belang van de patiënten en de artsen altijd geprobeerd evenwichtige akkoorden af te sluiten. "Hoewel de syndicaten al groot voorbehoud maakten bij het voorgestelde budgettaire kader in 2016 sloten we toch een akkoord voor twee jaar af," zo luidt het. Een belangrijke voorwaarde daarin was dat er geen nieuwe besparingen werden opgelegd. Het nieuwe begrotingsvoorstel gaat daar regelrecht tegen in -onder andere door het niet toekennen van de indexmassa.Voor de artsensyndicaten is de limiet bereikt. Door deze eenzijdige besparingen van de minister is het vertrouwen volledig weg en wordt een verdere constructieve samenwerking quasi onmogelijk. De artsensyndicaten vragen dan ook de van rechtswege ontbinding van het bestaande akkoord op basis van art 13.1.2 van het huidige akkoord. De artsensyndicaten verwachten van de minister overtuigende stappen die het vertrouwen in het overleg kunnen herstellen en zullen zich beraden over verdere acties. Ondertussen stelt het Syndicaat van Vlaamse Huisartsen (SVH), dat niet in de medicomut zetelt, "met genoegen" vast dat de andere artsensyndicaten het akkoord opzeggen.Het betreft immers een typisch "medicomutakkoord" dat onze vereniging reeds bij het afsluiten negatief beoordeelde, zo luidt het. Het SVH voegt eraan toe te hopen dat deze opzegging leidt tot nieuwe en betere afspraken, die een echte trendbreuk maken met de conventie-akkoorden van de laatste decennia.